Posts Tagged ‘vroeger’

Op de fiets door de weilanden van Nieuw-Lekkerland. Tijdens geschiedenisles op De Lage Waard in Papendrecht. Onder de dekens voor het slapen gaan. Bij het ontbijt via de walkman. Voorin Nighttown, 013 en Bibelot bij concerten. Halverwege de eerste afdeling van de Python in de Efteling. Achterin de kantine tijdens een tussenuur. Altijd dus. Al-tijd. Altijd-fuckingmetal-tijd.

Tijdens mijn puberteit was metal het aller-, aller-, allerbelangrijkste wat er was. Ik was constant op zoek naar andere metalfans via de bandshirts die ze droegen, de cd’s die ik ze zag kopen, het kapsel dat ze hadden, en de concerten die ik ze zag bezoeken (en sprak ze bij de lichtste verdenking ook gelijk aan trouwens). Ik leerde tracklists, songteksten en biografieën uit mijn hoofd, en moest heftig geëmotioneerd slikken toen ik las hoe Metallica’s Cliff Burton in 1986 overleden was in Zweden. Ik vroeg me bij elke koptelefoon af of die persoon daaronder ook metal luisterde, en verguisde een ieder die de kans liet liggen om dat te doen. Ik wilde bij elke ge-wel-dig-e plaat die ik op de walkman luisterde anderen daarin laten delen, en liep als een soort mobiele luisterpaal door de gangen van mijn middelbare school met het volume op het niveau van de apocalyps versus de oerknal, en dat dan door een distortionpedaal heen. Ik kon het wel van de daken schreeuwen hoe weergaloos goed metal was, en deed dat na anderhalf bier ook regelmatig.

En dat was het ook, verdikkeme! De jaren 90, en dus mijn puberteit, waren zonder twijfel de meest glorieuze periode van de metal. De hegemonie van Roadrunner (dat zo ongeveer alleen maar belangrijke albums uitbracht), de scherpe randen op Nuclear Blast, de Nederlandse trots die Displeased heette, het was bijna altijd raak. Het toch al zo spaarzame geld dat ik via een krantenwijk verdiende sloeg ik dan ook zonder scrupules of toekomstvisie stuk op zo veel mogelijk cd’s, longsleeves, kettingen en posters uit de halfjaarlijkse Large-catalogus.

Wat extra glorie aan die periode verleende, was dat er sprake was van een gruwelijke onevenwichtigheid tussen vraag en aanbod. Het aantal verkrijgbare metalalbums was minimaal (want geld om ze zelf te kopen had ik niet, dus het was wachten tot iemand een 6 keer overgespoelde SA90-tape met Sepultura’s Arise of een bootleg van Megadeth had), terwijl de vraag van mijn kant oneindig groot was (uit pure armoede ging ik zelfs Blind fucking Guardian luisteren). Meer, méér, MEER!

Het is niet de vraag óf ik een metalplaat in de Spotify-lijst stop, maar wélke. Hele albums zitten ad infinitum in mijn geheugen gegrift. Master of Puppets, Burn My Eyes, Enthrone Darkness Triumphant, By Time Alone, Demanufacture, State of the World Address (mo-ther-fuuuuuuu-ckers!!!), Tales from the Thousand Lakes, Countdown to Extinction, Chaos A.D., Storm of the Light’s Bane: u vraagt, wij citeren (en na 13 bier wil ik ook wel zingen; grunten is jammer genoeg niet mijn sterkste kant, alhoewel alle tips om dat alsnog te leren welkom zijn). Keuzes, keuzes.

Maar, al springend door mijn eigen Spotify-lijst met metalklassiekers, hoor ik dat er 1 plaat is die met zulke enorme weerhaken in mijn cognitieve en emotionele systeem zit vastgehaakt dat ik niet anders kan. De eerste keer dat ik deze plaat live hoorde, was relatief laat. Gorefest had net zijn Soul SurvivorChapter 1370’s-hippieshit-periode achter zich gelaten, speelde weer oude tracks tijdens optredens, en stuurde dan ook zonder problemen werk van Mindloss en False richting het publiek. Zanger Jan-Chris de Koeijer was toentertijd net uit de kast, dus er zat toch een gekke nasmaak bij (geen scene zo homofoob als de metal, vermoed ik). Maar toch. De oneindig diepe grunt van de Koeijer, die met militaire precisie afgevuurde drums van Warby, die technisch én emotionele gitaarpartijen van Bonebakker en Harthoorn, het viel allemaal op z’n plek, en dan is weerstand zinloos. The Glorious Deeeeeeeeeeeeeeaaaaaaaaaaadddddddd!!!!!!!!!!!!

Inge Janse

De volgende Spotifettist is Wilbertjan Vlot. Ik heb hem enkele jaren geleden leren kennen als trotse Dordtenaar en programmeur van het Urban Explorers Festival, en al snel bleek dat hij tientallen jaren muzikale bagage bij zich draagt als – onder meer – (voormalig) programmeur van Bibelot en [F]luister. ‘Slow Show’ van The National is de plaat die het veld moet ruimen. Ik ben een enorm fan van de band, maar overdaad schaadt.

Bron foto: Rosanne Gelderman