Posts Tagged ‘Os Mutantes’

De cultureel onderlegden onder de lezers zullen vanwege de kop denken dat ik een walsje van Johann Strauss II ga toevoegen (opus 333, heel goed), maar Nein. Spotifette is, zoals eigenlijk alles waar twee of meer mannen zich mee bezig houden, een wedstrijd ver plassen. Pikmeten. Ik heb meer platen dan jij, ik heb veel gekkere platen dan jij, ik ben met meer makers van gekke platen dronken geworden dan jij. Wat ik maar zelden tegenkom in de bijdragen van de mannen tot nu toe, is emotie. Ontroering, boosheid, verlangen. De vrouwelijke kant, zeg maar. De enige die eraan toegeeft is Evert Nijkamp. Hij schrijft in zijn stuk, dat uiterlijk een gedicht van Paul van Ostaijen had kunnen zijn, ‘fado is samen met oude huilcountry de nietNl muziek die mi het dichtst bij de hollandsche smartlap komt.’ Muziek om bij te huilen dus.
Mannen geven dat niet graag toe, dat ze moeten huilen om een liedje. Niet een brokje wegslikken, nee, de kranen open. Kletsnatte wangen. Snotneus. Rode ogen. Alle controle kwijt, helemaal in de tekst, helemaal in de muziek. Maar The Cure leerde ons als, Boys Don’t Cry. En Tough Guys Don’t Dance, nog zoiets.
Sinds vijf jaar ben ik onbezoldigd pleitbezorger van het beter gezuchte Franstalige lied, middels het weblog FillesSourires.com. Zuchtmeisjes dus, die inderdaad zo zingen omdat dat voor een prettige kriebel onder de navel zorgt. Maar ook om de melancholie, de fragiliteit en de ongrijpbaarheid van Het Leven Zelf te benadrukken. Zuchtmeisjes zuchten niet zomaar wat voor de vuist weg. Maar je hoort het pas als je je ervoor open stelt.
Da’s nog iets wat me treft in veel Spotifette-bijdragen: de meeste mannen blijven in hun comfort zone. Ze kiezen een liedje wat bij ze past, wat van ze wordt verwacht. En vrijwel altijd zijn die liedjes in het Engels. Behalve bij Evert Nijkamp dus. En misschien nog een of twee contribuanten. Typisch dat juist de liedjes van de vrouwen, of de negers, of een artiest die ‘meisjesmuziek’ maakt, worden gedumpt zodra het stokje is overgenomen.
Zoals het een schande is dat er zo weinig vrouwen in het kabinet Rollator-1 zitten, zo is het ook bespottelijk dat vrouwen er zo bekaaid zijn afgekomen in deze Spotifette. Dus voeg ik Os Mutantes toe, een knotsgek, invloedrijk en uniek Braziliaans trio dat de verst vooruitgeschoven post werd (en is, ze bestaan nog steeds) van de Tropicalia-beweging. Tegen de klippen van de dictatuur op maakten ze muziek die diep geworteld was in de bijzonder rijke Braziliaanse cultuur, maar ook open stond voor invloeden die letterlijk en figuurlijk ver weg stonden. Van The Mothers of Invention tot The Beatles tot, jazeker, Francoise Hardy. Op het debuut van Os Mutantes uit 1968 staat een geweldige versie van het huilliedje Premier bonheur du jour. Dat oorspronkelijk krap anderhalve minuut duurt, maar is opgerekt tot twee maal die lengte. En waarin naast schitterende samenzang, een blokfluit en bongo’s ook een geluid zit dat nog het meest lijkt op een rubberlaars die in de modder stapt.
Wat er zo knap is aan deze gehippieficeerde versie is dat de melancholie van het liedje is gebleven, dat de gekke geluiden een functie hebben (al was het maar om de luisteraar uit het lood te slaan, of te laten wegzweven op zijn joint) en dat je hoort dat het Frans een beetje wringt. Maar toch doen. Als ik het nummer hoor, zie ik Turks Fruit voor me, maar dan opgenomen in het Rio van de jaren zeventig.

We zeggen ‘adieu’ tegen het immens vervelende Cubist Blues van Alan Vega en consorten, en zeggen ‘bonjour’ tegen degene die het stokje overneemt, Nicole Carlier (@nunicole). Zij tipte mij onlangs een supersensueel elektronisch liedje van een combo waarvan ik nog nooit had gehoord. Dus ja. Ik trek vast een flesje wit open.

Guuz Hoogaerts (aka Guuzbourg)